Leerlijn palliatieve zorg: verschil tussen versies
k |
k |
||
Regel 20: | Regel 20: | ||
− | <div class="panel-group" id=" | + | <div class="panel-group" id="accordion1"> |
− | <accordion parent=" | + | <accordion parent="accordion1" heading="Benadering"> |
Benadering van palliatieve zorg: | Benadering van palliatieve zorg: | ||
Regel 34: | Regel 34: | ||
bron: [https://www.oncoline.nl/] | bron: [https://www.oncoline.nl/] | ||
</accordion> | </accordion> | ||
− | <accordion parent=" | + | <accordion parent="accordion1" heading="Kernwaarden"> |
'''Kernwaarden van palliatieve zorg:''' | '''Kernwaarden van palliatieve zorg:''' | ||
* De patiënt staat centraal en de huisarts is betrokken. | * De patiënt staat centraal en de huisarts is betrokken. | ||
Regel 41: | Regel 41: | ||
* Iedere huisarts moet deze vorm van zorg kunnen verlenen. | * Iedere huisarts moet deze vorm van zorg kunnen verlenen. | ||
</accordion> | </accordion> | ||
− | <accordion parent=" | + | <accordion parent="accordion1" heading="Missie en visie"> |
'''Missie en visie inzake palliatieve zorg:''' | '''Missie en visie inzake palliatieve zorg:''' | ||
* Het opleiden van aios tot een competente huisarts die op een efficiënte, doelmatige en verantwoorde wijze goede palliatieve zorg verleent in de huisartsenpraktijk. | * Het opleiden van aios tot een competente huisarts die op een efficiënte, doelmatige en verantwoorde wijze goede palliatieve zorg verleent in de huisartsenpraktijk. |
Versie van 2 nov 2018 om 09:59
Leerlijn palliatieve zorg |
---|
Leerlijnhouder |
Leerlijnmedewerkers |
Inhoud
Doel
De leerlijn Palliatieve en Terminale Zorg, waarin de KBA’s uit het thema Palliatieve en terminale zorg zijn meegenomen, is vormgegeven d.m.v. bouwstenen die het onderwijs en de zelfstudie kunnen ondersteunen.
Inleiding
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft in 2002 een vernieuwde definitie van palliatieve zorg opgesteld:
"Palliatieve zorg is een benadering die de kwaliteit van het leven verbetert van patiënten en hun naasten die te maken hebben met een levensbedreigende aandoening, door het voorkomen en verlichten van lijden, door middel van vroegtijdige signalering en zorgvuldige beoordeling en behandeling van pijn en andere problemen van lichamelijke, psychosociale en spirituele aard."
Benadering van palliatieve zorg:
Bij palliatieve zorg:
- is niet de genezing van de patiënt het doel, maar een zo hoog mogelijke kwaliteit van leven, waardoor het ziekteverloop mogelijk positief beïnvloed kan worden;
- is de dood een normaal, natuurlijk proces, dat niet vertraagd of versneld wordt;
- is er aandacht voor lichamelijke én psychische klachten;
- worden de psychologische en spirituele aspecten in de zorg geïntegreerd benaderd;
- is er emotionele ondersteuning voor de patiënt en zijn naasten om zo actief mogelijk te leven;
- is er emotionele ondersteuning voor de naasten om te leren omgaan met de ziekte van de patiënt en met eigen rouwgevoelens;
- wordt, indien nodig, vanuit een team zorgverleners gewerkt, zodat aan alle noden van patiënten en naasten tegemoet kan worden gekomen, indien nodig ook na het overlijden van de patiënt (ondersteuning bij verliesverwerking);
bron: [1]
Kernwaarden van palliatieve zorg:
- De patiënt staat centraal en de huisarts is betrokken.
- De zorg door de huisarts is continue, generalistisch en contextgericht.
- De palliatieve zorg wordt competent verleend (kennis en kunde).
- Iedere huisarts moet deze vorm van zorg kunnen verlenen.
Missie en visie inzake palliatieve zorg:
- Het opleiden van aios tot een competente huisarts die op een efficiënte, doelmatige en verantwoorde wijze goede palliatieve zorg verleent in de huisartsenpraktijk.
- De aanstaande huisarts beschikt over de juiste attitude, kennis en vaardigheden ten aanzien van palliatieve zorg.
Introductievideo
In de palliatieve zorg gaat het niet (alleen) om "What is the matter?" (wat mankeer je?), maar vooral om "What matters you?" (wat houd je bezig?In de 1e Huisartsstage is palliatieve zorg niet een vast thema. Het accent ligt op inleiding en kennismaken met de zorg voor de palliatieve patiënt en zijn naasten.In hoeverre de aios te maken krijgt met de zorg voor palliatieve patiënten en met zaken als euthanasie en palliatieve sedatie is sterk afhankelijk van de praktijkopbouw van de opleider, diens attitude in deze en de afstemmingtussen opleider en aios om (een deel van) de zorg voor deze patiënten over te nemen.
Tijdens de externe stages (Klinische stage, CZ stage, GGZ stage) ligt het accent op beleving, attitude en communicatie. Naast de aandacht voor medisch inhoudelijke deskundigheid, komen zaken als anticiperend beleid, het maken van een zorgplan, samenwerking met andere disciplines en “einde van het leven problematiek" aan de orde.
Tijdens de 2e Huisartsstage verschuift het accent naar de uitvoering.Er wordt gestreefd naar afstemming tussen het leren in de praktijk, zelfstudie, TKD onderwijs en het expertonderwijs. Palliatieve zorg is een vast thema is in de tweede huisartsenstage.
KBA's
1. Voert een gesprek over het naderend levenseinde. | Competenties |
---|---|
|
|
- Communiceren met meerdere personen
- De essentie van communicatie in de laatste levensfase
- Goed gesprek over het levenseinde
- Niet alles wat kan hoeft
- Omgaan met de stervensfase in verschillende culturen
- Palliatieve fase - hoop
- Praktijkopdracht - Palliatieve zorg
- Tijdig spreken over het levenseinde
2. Past beleid aan op basis van de fase waarin de patiënt verkeert: in het bijzonder de overgang van curatieve fase naar de palliatieve fase en de stervensfase. | Competenties |
---|---|
|
|
- De essentie van communicatie in de laatste levensfase
- Fases palliatieve zorg - herkennen en bespreken
- Zorgpad Stervensfase
3. Behandelt de specifieke problemen in de palliatieve/terminale fase. | Competenties |
---|---|
|
|
- Palliatieve fase - besluitvorming
- Palliatieve fase - pijn
- Palliatieve fase - veelvoorkomende symptomen
4. Anticipeert op de vaak complexe problemen en klachten tijdens de palliatieve fase/ terminale zorg. | Competenties |
---|---|
|
|
5. Organiseert de palliatieve en terminale zorg, stuurt andere zorgverleners aan en is aanspreekpunt voor patiënt en zijn omgeving. | Competenties |
---|---|
|
|
6. Verleent zorg aan naasten. | Competenties |
---|---|
|
|
- Begeleiden van families in de palliatieve zorg
- Communiceren met meerdere personen
- Omgaan met de stervensfase in verschillende culturen
- Praktijkopdracht - Palliatieve zorg
7. Begeleidt patiënt en naasten bij het verlies (rouwverwerking). | Competenties |
---|---|
|
|
8. Voert palliatieve sedatie uit. | Competenties |
---|---|
|
|
9. Voert euthanasie uit of draagt deze over in geval van persoonlijke gewetensbezwaren. | Competenties |
---|---|
|
|
- Communiceren over euthanasie en palliatieve sedatie
- Euthanasie - de praktische procedure
- Euthanasie - eigen grenzen
- Euthanasie in complexe situaties
- Euthanasie; richtlijnen, wetten en cijfers
10. Levert persoonlijke continuïteit van zorgverlening. | Competenties |
---|---|
|
|
Overige leerlijnen
Categorie: De 10 huisartsgeneeskundige thema's
Kort | Spoed | Chron | Ouderen | Kind | Psych | ALK | Pall | Preventie | Praktijk |
Korte episode zorg |
Spoedeisende zorg |
Chronische zorg |
Complexe ouderenzorg |
Zorg voor het kind |
Psychische klachten |
ALK |
Palliatieve zorg |
Preventie |
Praktijkmanagement |
Categorie: Competentiegebieden
Medisch handelen | Comm |
Maatsch. handelen | Weten |
Profess |
Medisch handelen |
Communicatie |
Maatschappelijk handelen |
Wetenschap |
Professionaliteit |
Categorie: Overige aandachtsgebieden
Diversiteit | Seksuali |
Innovatie |
Diversiteit |
Seksualiteit |
Innovatie |