IOP - Individueel OntwikkelPlan: verschil tussen versies

Toetsprogramma
	Portefeuillehouder toetsing; Dorien Stilma
	Onderwijscoördinatoren; Marieke van Schelven; Dorien Stilma; Linda Timmer
	Onderdelen van het Toetsprogramma; Consultvoeringstoetsen; KOV; LHK;

Huidige versie van 20 dec 2022 om 11:18

Individueel OntwikkelPlan

Gedurende de gehele opleiding werk je met een Individueel OntwikkelPlan (IOP). Het IOP staat centraal in het zelfsturend leren. In dit plan, dat je op grond van ervaringen in de praktijk, zelfbeoordeling, feedback en toetsing regelmatig evalueert en bijstelt, komt te staan aan welke leerdoelen je wilt werken, hoe je tot die doelen bent gekomen en hoe je deze doelen kunt realiseren. Het IOP is het belangrijkste onderdeel van je ontwikkelingsdossier, waarmee je de leerontwikkeling gedurende de opleiding laat zien.

Rond het eerste voortgangsgesprek in de eerste fase (5^e maand) wordt een start gemaakt met het beschrijven van leerdoelen/het IOP. Opleider en docent hebben een belangrijke rol in het stimuleren tot reflectie/zelfbeoordeling en het geven van feedback. Een zelfsturende aios zal hier actief om vragen. Opleiders en docenten zullen geregeld op besproken leerdoelen terugkomen.

De figuur laat zien hoe we naar zelfsturing kijken. Het is een cyclisch proces van reflectie, feedback, doelen stellen en evalueren. Ervaringen in de praktijk en op de terugkomdag geven aanleidingen. Zelfsturing vindt plaats binnen de heldere kaders van het competentieprofiel en de KBA's.

Vorm

Je bent vrij in hoe jij jouw leerdoelen beschrijft. Om leerdoelen te concretiseren kan het behulpzaam zijn om ze ze in het DART-N format te gieten, als een opdracht aan jezelf: Doel van de opdracht, Activiteiten die voor de opdracht uitgevoerd moeten worden, Resultaat in een fysiek "tastbare" vorm, na afloop van de opdracht, maar ook: wanneer ben je klaar?, Tijd die de opdracht gaat kosten, Nabespreking c.q. toetsing/feedback) van de opdracht (wie, wat, waar, hoe?).

Bekijk een voorbeeld: Voorbeeld uitwerking DART-N

@@ Regel 2: / Regel 2: @@
 <li class="breadcrumb-item">[[Hoofdpagina]]</li>
 <li class="breadcrumb-item">[[Regelgeving]]</li>
-<li class="breadcrumb-item">[[Toetsprogramma]]</li>
+<li class="breadcrumb-item">[[Toetsprogramma HOVUmc]]</li>
 <li class="breadcrumb-item active" aria-current="page">{{PAGENAME}}</li>
 </ol>
@@ Regel 10: / Regel 10: @@
 |-
 |
-'''Adjunct hoofd'''<br />
+'''Portefeuillehouder toetsing'''<br />
-{{auteur - Harry Schleypen}}
+{{Functie - Portefeuillehouder toetsing}}
 |-
 |
-'''Onderwijscoordinator'''<br />
+'''Onderwijscoördinatoren'''<br />
-{{auteur - Chris Rietmeijer}}
+{{Functie - Onderwijscoördinatoren}}
 |-
 |
@@ Regel 26: / Regel 26: @@
 </dynamicpagelist>
 |}
-=== IOP ===
+=== Individueel OntwikkelPlan ===
-Gedurende de gehele opleiding werk je met een IOP (Individueel Ontwikkel Plan). In dit plan, dat je op grond van toetsing en eigen ervaringen in de praktijk regelmatig evalueert en bijstelt, komt te staan aan welke leerdoelen je wil werken en hoe je tot die doelen bent gekomen.
+Gedurende de gehele opleiding werk je met een Individueel OntwikkelPlan (IOP). Het IOP staat centraal in het zelfsturend leren. In dit plan, dat je op grond van ervaringen in de praktijk, zelfbeoordeling, feedback en toetsing regelmatig evalueert en bijstelt, komt te staan aan welke leerdoelen je wilt werken, hoe je tot die doelen bent gekomen en hoe je deze doelen kunt realiseren. Het IOP is het belangrijkste onderdeel van je ontwikkelingsdossier, waarmee je de leerontwikkeling gedurende de opleiding laat zien.
-Het IOP is het belangrijkste onderdeel van je ontwikkelingsdossier, waarmee je de leerontwikkeling gedurende de opleiding laat zien.
+Rond het eerste voortgangsgesprek in de eerste fase (5<sup>e</sup> maand) wordt een start gemaakt met het beschrijven van leerdoelen/het IOP. Opleider en docent hebben een belangrijke rol in het stimuleren tot reflectie/zelfbeoordeling en het geven van feedback. Een zelfsturende aios zal hier actief om vragen. Opleiders en docenten zullen geregeld op besproken leerdoelen terugkomen.
-Rond het eerste voortgangsgesprek (5<sup>e</sup> maand) in de eerste fase wordt een start gemaakt met het beschrijven van leerdoelen/ het IOP. Opleider en docent hebben een rol in het
+De figuur laat zien hoe we naar zelfsturing kijken. Het is een cyclisch proces van reflectie, feedback, doelen stellen en evalueren. Ervaringen in de praktijk en op de terugkomdag geven aanleidingen. Zelfsturing vindt plaats binnen de heldere kaders van het [[Competentieprofiel van de huisarts|competentieprofiel]] en de [[KBA's]].
-[[Bestand:Zelfsturend leren.png|miniatuur]]
-Uit evaluaties weten we:
+[[Bestand:Zelfsturend leren.jpg|frameless|576x324px]]
-o  Aios willen wel leerdoelen en plannen maken maar hebben daar vaak stimulans bij nodig van de opleider of docent
+==== Vorm ====
+Je bent vrij in hoe jij jouw leerdoelen beschrijft. Om leerdoelen te concretiseren kan het behulpzaam zijn om ze ze in het DART-N format te gieten, als een opdracht aan jezelf: '''D'''oel van de opdracht, '''A'''ctiviteiten die voor de opdracht uitgevoerd moeten worden, '''R'''esultaat in een fysiek "tastbare" vorm, na afloop van de opdracht, maar ook: wanneer ben je klaar?, '''T'''ijd die de opdracht gaat kosten, '''N'''abespreking c.q. toetsing/feedback) van de opdracht (wie, wat, waar, hoe?).
-o  Aios kunnen gedemotiveerd raken als er niet op leerdoelen wordt teruggekomen
+Bekijk een voorbeeld: [[:Media:Voorbeeld uitwerking DARTN.pdf|Voorbeeld uitwerking DART-N]]
-o  Aios zien geen meerwaarde in het bespreken van het IOP met de docent als het al met de opleider besproken is. Dat kan voelen als controle ipv stimulans.
-o  Het maken van leerdoelen werkt het best als het gekoppeld is aan de voortgangsgesprekken.
-==== VORM ====
-Er is geen vast format voor het beschrijven van het IOP. Om leerdoelen te concretiseren kan het behulpzaam zijn om ze ze in het DART-N format te gieten, als een opdracht aan jezelf (Doel Activiteiten Resultaat Tijd Nabespreking/toetsing).
-{| class="wikitable"
-!
-'''Aanleiding'''
-|Aanleiding van de opdracht.
-|-
-!
-'''Doel'''
-|Doel van de opdracht: wat wil je leren, maar ook waarom.
-|-
-!
-'''Activiteit'''
-|Activiteiten die voor de opdracht uitgevoerd moeten worden.
-|-
-!
-'''Resultaat'''
-|Resultaat, in een fysiek "tastbare" vorm, na afloop van de opdracht, maar ook: wanneer ben je klaar?
-|-
-!
-'''Tijd'''
-|Tijd die de opdracht gaat kosten.
-|-
-!
-'''Nabespreking'''
-|Nabespreking (c.q. toetsing / feedback) van de opdracht (wie, wat, waar, hoe?).
-|}
-In een [https://www.henw.org/archief/volledig/id4611-dart-n.html column in Huisarts & Wetenschap (2011) door aios Anne Hermans] zie je een voorbeeld van het DART-N gebruik.