Klinische stage

Uit Wiki HOVUmc
Ga naar: navigatie, zoeken


Klinische stage

Onderwijscoördinatoren
Marieke van Schelven
Dorien Stilma
Linda Timmer

Teamleider
Marjolijn Oussoren

Assistent teamleider
Pascale Scheerman

Klinische stage

Handleiding klinische stage

Na de 1e huisartsstage volgt de aios een aantal externe stages, waaronder een klinische stage van 6 maanden. Aanpassing van de duur van de klinische stage op basis van eerder opgedane werkervaring in de klinische setting is mogelijk. Zie voor nadere informatie hierover het vrijstellingsreglement.

Deze pagina biedt een praktische beschrijving van het praktijkleren en het instituutsonderwijs tijdens de klinische stage. Voor de overkoepelende handleiding verwijzen we naar de pagina Huisartsopleiding VUmc.

Deeltijd werken

Sinds september 2022 is het mogelijk om de klinische stage in deeltijd te volgen. Zie voor meer informatie de pagina Werktijd.

Doelen en globale inhoud

Uit het Landelijk opleidingsplan: de klinische stage heeft als doel het ontwikkelen van klinische competenties op het gebied van ziektebeelden die in de huisartspraktijk minder geclusterd voorkomen. De nadruk ligt op spoedeisende zorg. Er is aandacht voor diagnostiek en behandeling van patiënten, die door de huisarts naar de tweede lijn verwezen zijn, voor de verschillen tussen de eerste en tweede lijn en voor de samenwerking tussen eerste en tweede lijn.

De stage wordt doorlopen in één periode van zes maanden of twee periodes van drie maanden, afhankelijk van de beschikbaarheid van stageplaatsen en de keuzes van aios. Behalve op een SEH kan de klinische stage ook plaatsvinden op een afdeling kindergeneeskunde, interne geneeskunde, chirurgie of verloskunde/gynaecologie. Daar ligt de focus op voor huisarts relevante ziektebeelden en kleine verrichtingen.

De volgende thema's uit het Landelijk Opleidingsplan krijgen extra aandacht:

Van de competentiegebieden krijgt Medisch handelen, en dan vooral medisch technische vaardigheden, extra aandacht. Zie het Competentieprofiel van de huisarts en de ComBeL Klinische stage.

Door deze thema's met de bijbehorende KBA's, en de ComBeL, te bestuderen en met de opleider te bespreken krijgt de aios een idee van de stand van zaken met betrekking tot de eigen competentieontwikkeling in de breedte en diepte. Op de Wiki zijn er voor elk thema bouwstenen te vinden die behulpzaam zijn voor het terugkomdagonderwijs, voor het leren in de praktijk en voor zelfstudie.

Het zwaartepunt van de opleidingsdoelen ligt bij het snel en adequaat leren ingrijpen bij spoedeisende en levensbedreigende klachten en aandoeningen bij alle patiëntencategorieën. Kleine chirurgie is het tweede belangrijke aandachtspunt.

Stages die plaatsvinden op een afdeling kindergeneeskunde, verloskunde/gynaecologie, chirurgie of interne geneeskunde geven gelegenheid om geconcentreerd competenties te verwerven op die gebieden.

De klinische stage is bij uitstek geschikt om de samenwerking tussen de eerste en tweede lijn nader te leren kennen vanuit het perspectief van de tweedelijnsvoorziening. In het instituutsonderwijs wordt steeds gefocust op de afbakening van en de samenwerking met de eerste lijn, de transitie van patiënten tussen de eerste en tweede lijn en de daarmee verbonden uitdagingen voor alle betrokkenen (samenwerken, verschillen in visie/benadering/richtlijnen).

Afstemming met de huisartsstages

De thematiek van de klinische stage sluit vooral aan bij de 1e huisartsstage, waar de spoedeisende zorg in de context van de dagpraktijk en de HAP wordt geleerd.

Praktijkleren

De aios leert het vak in de praktijk. Patiëntenzorg en de vragen die daaruit ontstaan sturen voor een groot deel het leren. Daarbij zijn van belang:

  • Een voldoende en divers patiëntenaanbod.
  • Een goede balans tussen zelfstandig werken en begeleiding. De aios leert vooral door zelfstandig patiëntenzorg te bieden onder direct beschikbare supervisie. Daarbij is regelmatig overleg met, en observatie door, de stageopleider cruciaal. Dit garandeert de patiëntveiligheid en maakt het opsporen van blinde vlekken bij de aios mogelijk. Deze balans wordt onder andere mogelijk gemaakt door:
    • Ad-hoc overleg over individuele patiënten.
    • Geregelde leergesprekken.
    • Observaties m.b.v. KPB: Korte praktijkbeoordeling. Het KPB-formulier nodigt uit tot gedetailleerde feedback.
    • Voortgangsgesprekken halverwege en aan het eind van de stage.

Cursorisch onderwijs

De SEH-stage begint met de zogenaamde STARtclass Huisartsgeneeskunde II, een landelijk georganiseerd programma met zes dagen onderwijs. Meer informatie vind je hier: STARtclass Huisartsgeneeskunde II.
Daarnaast is er cursorisch onderwijs op het instituut, de terugkomdagen. Voor de insteek van de terugkomdag zie Huisartsopleiding VUmc.

Ook tijdens de klinische stage wordt op verscheidene middagen themaonderwijs aangeboden (zie Themaonderwijs in de opleiding). Het actuele aanbod van themaonderwijs staat op Canvas: Canvaspagina Themaonderwijs.

Verplichtingen en leeractiviteiten

Een aantal onderdelen van de opleiding is verplicht in de beoordelingscyclus. Hierbij gaat het om toetsen, beoordelingsmomenten en een aantal leeractiviteiten. Deze verplichtingen zijn nodig om een voortgangsadvies of - beslissing te kunnen geven.

Daarnaast is er een aantal activiteiten dat wij als instituut adviseren. Indien gewenst en passend bij de leerbehoefte van de aios kan een docent een andere invulling geven aan deze leeractiviteiten. Het is de verantwoordelijkheid van de aios om de leeractiviteiten tijdig uit te voeren en het eventuele bewijsstuk op tijd aan te leveren. Leerdoelen en -activiteiten legt de aios vast in het Individueel OntwikkelPlan (IOP).

Het overzicht van de verplichtingen in de klinische stage staat hier: Verplichtingen.
Het overzicht van de leeractiviteiten in de klinische stage staat hier: Overzicht belangrijke leeractiviteiten

  Overzicht stagehandleidingen

Handleiding
1e Huisartsstage
Klinische
stage
CZ
stage
GGZ
stage
Handleiding
2e Huisartsstage