BasisConsultvoeringsToets: verschil tussen versies

Uit Wiki HOVUmc
Ga naar: navigatie, zoeken
k (Sylvia Vlak heeft pagina Basis consultvoeringstoets hernoemd naar BasisConsultvoeringsToets)
Regel 20: Regel 20:
 
|
 
|
 
'''Achtergrond:'''<br />
 
'''Achtergrond:'''<br />
*[[Voorbereiding basisconsultvoeringstoets]]
+
*[[Voorbereiding BasisConsultvoeringsToets]]
 
*[[APC - Basisgespreksvaardigheden]]
 
*[[APC - Basisgespreksvaardigheden]]
 
*[[Verplichtingen 1e Huisartsstage]]
 
*[[Verplichtingen 1e Huisartsstage]]
Regel 35: Regel 35:
 
|}
 
|}
 
===Inleiding en rationale===
 
===Inleiding en rationale===
 +
Deze aangepaste procedure geldt vanaf maart 2022.
 +
 
Communicatie met de patiënt en/of diens naasten is een belangrijke competentie van de huisarts. Effectieve, patiëntgerichte communicatie komt tot stand door de juiste inzet van een aantal complexe vaardigheden in verschillende contexten die worden gekleurd door medische, patiënt- en arts-factoren. Al naar gelang deze factoren is er veel variatie mogelijk en nodig om tot een goed consult te komen. Bij het leren van arts-patiënt communicatie en de beoordeling daarvan wordt de context en wat de aios in de specifieke context wilde bereiken steeds betrokken (context specifieke en doelgerichte communicatie, [[Landelijk APC Curriculum]] 2014).
 
Communicatie met de patiënt en/of diens naasten is een belangrijke competentie van de huisarts. Effectieve, patiëntgerichte communicatie komt tot stand door de juiste inzet van een aantal complexe vaardigheden in verschillende contexten die worden gekleurd door medische, patiënt- en arts-factoren. Al naar gelang deze factoren is er veel variatie mogelijk en nodig om tot een goed consult te komen. Bij het leren van arts-patiënt communicatie en de beoordeling daarvan wordt de context en wat de aios in de specifieke context wilde bereiken steeds betrokken (context specifieke en doelgerichte communicatie, [[Landelijk APC Curriculum]] 2014).
  
Regel 65: Regel 67:
 
     <li>De consulten worden beoordeeld en van schriftelijke narratieve feedback voorzien door de (externe) beoordelaar (zie verder: ‘Beoordelaars’) a.d.h.v. de [[MAAS 2.0]].</li>
 
     <li>De consulten worden beoordeeld en van schriftelijke narratieve feedback voorzien door de (externe) beoordelaar (zie verder: ‘Beoordelaars’) a.d.h.v. de [[MAAS 2.0]].</li>
 
     <li>De aios krijgt (tegelijk met docenten en opleider) op de vastgestelde beoordelingsdeadline een schriftelijke beoordeling van de beoordelaar.</li>
 
     <li>De aios krijgt (tegelijk met docenten en opleider) op de vastgestelde beoordelingsdeadline een schriftelijke beoordeling van de beoordelaar.</li>
     <li>De aios verwerkt in samenspraak met de docenten en/of opleider binnen twee weken na ontvangst de feedback in een aanpassing van het IOP door het formuleren van nieuwe leerdoelen.</li>
+
     <li>De aios verwerkt in samenspraak met de docenten en/of opleider binnen twee weken na ontvangst de feedback in een aanpassing van het IOP door het formuleren van nieuwe APC-leerdoelen en een plan van aanpak hoe hij/zij deze leerdoelen wil behalen. Docent en opleider stemmen af of er nog aanvullende afspraken zijn om feedback te krijgen op de APC-leerdoelen (zoals nieuwe videoconsulten, observatie door opleider, video kijken in de groep, etc.) en geven dat aan bij de aios.</li>
    <li>Bij een onvoldoende beoordeelde BasisConsultvoeringToets maakt de aios en plan van aanpak met daarin de APC-leerdoelen en hoe hij/zij deze leerdoelen wil behalen. Docent en opleider stemmen af of er nog aanvullende afspraken nodig zijn om feedback te krijgen op de APC-leerdoelen (zoals nieuwe videoconsulten, observatie door opleider, video kijken in de groep, etc.) en geven dat aan bij de aios.
 
 
     <li>In het voortgangsgesprek van de 9<sup>e</sup> maand bespreekt de aios wat gedaan is om de leerdoelen te bereiken en waar hij/zij nu staan ten opzichte van deze leerdoelen.
 
     <li>In het voortgangsgesprek van de 9<sup>e</sup> maand bespreekt de aios wat gedaan is om de leerdoelen te bereiken en waar hij/zij nu staan ten opzichte van deze leerdoelen.
 
     <li>De aios neemt de APC-leerdoelen op in het overdrachtsdocument en bespreekt deze met docent en opleider bij de start van de 2<sup>e</sup> huisartsstage.
 
     <li>De aios neemt de APC-leerdoelen op in het overdrachtsdocument en bespreekt deze met docent en opleider bij de start van de 2<sup>e</sup> huisartsstage.
Regel 102: Regel 103:
 
   </ol>
 
   </ol>
 
  </accordion>
 
  </accordion>
<accordion parent="accordion" heading="Beoordeling en norm">De consulten worden beoordeeld door externe beoordelaars. Zij geven per consult en over de hele reeks een beoordeling van de consultvoering: op, onder of boven het verwachte niveau in deze fase van de opleiding. De beoordelaars beoordelen of over het totaal van de consulten de beheersing van alle vaardigheden beschreven in de [[MAAS 2.0]] voldoende is. Daarbij moeten ook in elk consult afzonderlijk de voor dat consult meest relevante vaardigheden voldoende zichtbaar zijn. Dit ter beoordeling van de beoordelaar. De beoordelaars geven op alle relevante items narratieve feedback.
+
<accordion parent="accordion" heading="Beoordeling en norm">De consulten worden beoordeeld door externe beoordelaars. Zij geven per consult en over de hele reeks een beoordeling van de consultvoering: op, onder of boven het verwachte niveau in deze fase van de opleiding. De beoordelaars beoordelen de beheersing van alle vaardigheden beschreven in de [[MAAS 2.0]] over het totaal van de consulten. Daarbij moeten ook in elk consult afzonderlijk de voor dat consult meest relevante vaardigheden voldoende zichtbaar zijn. Dit ter beoordeling van de beoordelaar. De beoordelaars geven op alle relevante items narratieve feedback.
  
 
De norm voor het verwachte niveau is het expertoordeel van de beoordelaar. Hij/zij baseert zich daarbij op de toelichting bij de items van de MAAS 2.0 zoals beschreven in de handleiding bij de MAAS 2.0. Dit is van belang omdat de aios moet weten langs welke meetlat hij/zij getoetst wordt.
 
De norm voor het verwachte niveau is het expertoordeel van de beoordelaar. Hij/zij baseert zich daarbij op de toelichting bij de items van de MAAS 2.0 zoals beschreven in de handleiding bij de MAAS 2.0. Dit is van belang omdat de aios moet weten langs welke meetlat hij/zij getoetst wordt.
  
Als de ingeleverde consulten niet aan de voorwaarden voldoen (zie ‘procedure’) dan vraagt de beoordelaar de aios om een nieuwe set consulten.
+
De beoordelaars geven in elk geval feedback bij de volgende items: opening, hulpvragen, exploreren, empathie, samenvatten en structureren en op alle items waar de aios 'matig' of 'onvoldoende' op scoort.
 
  </accordion>
 
  </accordion>
 
<accordion parent="accordion" heading="Beoordelaars">De toets wordt uitgevoerd door externe beoordelaars; zij zijn gedragswetenschappelijk docent, huisartsdocent  of huisartsopleider, maar niet de eigen docent of opleider van de betreffende aios. De beoordelaars zijn speciaal voor deze taak opgeleid en houden hun deskundigheid bij middels het regelmatig beoordelen van consulten en bijwonen van expertbijeenkomsten. De expertbijeenkomsten hebben tot doel zo veel mogelijk overeenstemming te verkrijgen over de beoordeling van de toepassing van vaardigheden door de aios, zowel m.b.t. de narratieve feedback als m.b.t. de norm en afkappunten (onder, op of boven verwacht niveau).
 
<accordion parent="accordion" heading="Beoordelaars">De toets wordt uitgevoerd door externe beoordelaars; zij zijn gedragswetenschappelijk docent, huisartsdocent  of huisartsopleider, maar niet de eigen docent of opleider van de betreffende aios. De beoordelaars zijn speciaal voor deze taak opgeleid en houden hun deskundigheid bij middels het regelmatig beoordelen van consulten en bijwonen van expertbijeenkomsten. De expertbijeenkomsten hebben tot doel zo veel mogelijk overeenstemming te verkrijgen over de beoordeling van de toepassing van vaardigheden door de aios, zowel m.b.t. de narratieve feedback als m.b.t. de norm en afkappunten (onder, op of boven verwacht niveau).
  
 
Ervaring en wetenschappelijk onderzoek leren dat deze expertbijeenkomsten kunnen bijdragen aan het verminderen van de interbeoordelaarsvariatie, met name waar het de afkappunten betreft. Ze leiden tot meer zelfkennis van de beoordelaar als beoordelaar, met name hoe ‘mild dan wel streng’ hij/zij is vergeleken met de anderen. Daarbij krijgt de beoordelaar inzichten die bruikbaar zijn bij het verwoorden van de feedback aan de aios. Dit alles laat onverlet dat de beoordeling de kenmerken houdt van het expertoordeel: goed onderbouwd, van hoge kwaliteit en subjectief.
 
Ervaring en wetenschappelijk onderzoek leren dat deze expertbijeenkomsten kunnen bijdragen aan het verminderen van de interbeoordelaarsvariatie, met name waar het de afkappunten betreft. Ze leiden tot meer zelfkennis van de beoordelaar als beoordelaar, met name hoe ‘mild dan wel streng’ hij/zij is vergeleken met de anderen. Daarbij krijgt de beoordelaar inzichten die bruikbaar zijn bij het verwoorden van de feedback aan de aios. Dit alles laat onverlet dat de beoordeling de kenmerken houdt van het expertoordeel: goed onderbouwd, van hoge kwaliteit en subjectief.
 
De beoordelaars geven in elk geval feedback bij de volgende items: opening, hulpvragen, exploreren, empathie, samenvatten en structuren. Daarnaast geven zij feedback op alle items waar de aios 'matig' of 'onvoldoende' op scoort.
 
  
 
Per aios zijn er twee beoordelaars: de eerste beoordelaar beoordeelt de ingeleverde consultvideo's en bij twijfel vraagt deze de tweede beoordelaar mee te kijken.
 
Per aios zijn er twee beoordelaars: de eerste beoordelaar beoordeelt de ingeleverde consultvideo's en bij twijfel vraagt deze de tweede beoordelaar mee te kijken.

Versie van 2 feb 2022 om 15:55


Consultvoeringstoetsen

Portefeuillehouder toetsing
Dorien Stilma

Coordinator consultvoeringstoetsen
Mariël Jacobs

Achtergrond:

Video opnames:

Consultvoeringstoetsen:

Inleiding en rationale

Deze aangepaste procedure geldt vanaf maart 2022.

Communicatie met de patiënt en/of diens naasten is een belangrijke competentie van de huisarts. Effectieve, patiëntgerichte communicatie komt tot stand door de juiste inzet van een aantal complexe vaardigheden in verschillende contexten die worden gekleurd door medische, patiënt- en arts-factoren. Al naar gelang deze factoren is er veel variatie mogelijk en nodig om tot een goed consult te komen. Bij het leren van arts-patiënt communicatie en de beoordeling daarvan wordt de context en wat de aios in de specifieke context wilde bereiken steeds betrokken (context specifieke en doelgerichte communicatie, Landelijk APC Curriculum 2014).

De aios kan genoemde complexe vaardigheden alleen inzetten als hij/zij ze tot op zekere hoogte beheerst. De BasisConsultvoeringToets beoogt tijdig (na uiterlijk 7 maanden) in de opleiding te toetsen in hoeverre de aios deze ‘basisconsultvoeringvaardigheden’ beheerst. Tijdigheid is belangrijk om vervolgens aandacht te kunnen besteden aan meer specifieke consultvoering bij bijvoorbeeld chronische zorg en bij SOLK patiënten. Voor aios die de basisconsultvoeringvaardigheden nog onvoldoende beheersen is de tijdigheid van de toets van belang om te borgen dat er voldoende opleidingstijd over is om vóór de eindbeoordeling van de eerste huisartsenstage (in de 10e maand) te remediëren.

Toetsing van de (deel-)competenties in het taakgebied communicatie is onderdeel van het Toetsprogramma HOVUmc.

Uitslag en vervolg

De uitslag van deze toets wordt meegewogen bij de beoordeling van het competentiegebied communicatie. Indien de aios bij deze toets onder het verwachte niveau blijft, maakt deze een plan van aanpak met nieuwe APC-doelen. Zie voor details hieronder de Procedure van de BCT.

Bij de beoordeling wordt de MAAS 2.0 beoordelingslijst als toetsinstrument gehanteerd.

De opnames die je voor van patienten maakt vallen juridisch gezien onder het medische beroepsgeheim (via de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (BIG) en de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO) en de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Het maken en bewaren van opnames van consulten moet voldoen aan een aantal juridisch vastgelegde zorgvuldigheidseisen. Dit houdt verband met de gevoeligheid van de beeld- en geluidsopnames voor de privacy van de patiënt en de huisarts (in opleiding). De aios is gehouden aan de regelgeving zoals opgetekend door Huisartsopleiding Nederland in de richtlijn:

  • De aios is bekend met de basisconsultvoeringsvaardigheden die hij/zij moet beheersen zoals beschreven in de MAAS 2.0 (‘feed up’)
  • De aios wordt beoordeeld op zijn/haar beheersing van deze vaardigheden: op, onder of boven het verwachte niveau
  • De aios krijgt daarbij gedetailleerde narratieve feedback op zijn/haar prestaties en weet waar hij/zij verder aan kan werken (‘feedback en feed forward’)
  1. De aios bespreekt met zijn/haar opleider wanneer hij / zij klaar is voor het indienen van de toets; de toets wordt na uiterlijk 7 maanden opleiding in de eerste huisartsenstage ingeleverd via het videosysteem.
  2. De aios kiest, samen met de opleider, 4 geslaagde consulten uit die in zijn/haar ogen goed laten zien dat hij/zij de vaardigheden op het basisniveau beheerst.
  3. De aios levert begeleidende tekst met daarin een toelichting op de keuze. In de toelichting beschrijft de aios wat het onderwerp van het consult is, geeft aan wat goed gegaan is in het consult en wat er nog beter zou kunnen.
  4. De consulten worden beoordeeld en van schriftelijke narratieve feedback voorzien door de (externe) beoordelaar (zie verder: ‘Beoordelaars’) a.d.h.v. de MAAS 2.0.
  5. De aios krijgt (tegelijk met docenten en opleider) op de vastgestelde beoordelingsdeadline een schriftelijke beoordeling van de beoordelaar.
  6. De aios verwerkt in samenspraak met de docenten en/of opleider binnen twee weken na ontvangst de feedback in een aanpassing van het IOP door het formuleren van nieuwe APC-leerdoelen en een plan van aanpak hoe hij/zij deze leerdoelen wil behalen. Docent en opleider stemmen af of er nog aanvullende afspraken zijn om feedback te krijgen op de APC-leerdoelen (zoals nieuwe videoconsulten, observatie door opleider, video kijken in de groep, etc.) en geven dat aan bij de aios.
  7. In het voortgangsgesprek van de 9e maand bespreekt de aios wat gedaan is om de leerdoelen te bereiken en waar hij/zij nu staan ten opzichte van deze leerdoelen.
  8. De aios neemt de APC-leerdoelen op in het overdrachtsdocument en bespreekt deze met docent en opleider bij de start van de 2e huisartsstage.

N.B. De opleider en de docenten beoordelen de competentie communicatie in de ComBeL (waarvan de APC onderdeel is).

De geselecteerde consulten dienen aan de volgende voorwaarden te voldoen:

  • de opname begint met de toestemming van de patiënt: de patiënt bevestigt voor de camera dat hij/zij toestemming geeft de beelden te gebruiken voor onderwijsdoeleinden.
  • het consult is qua complexiteit passend bij de beginfase van de opleiding (laag complex)
  • per consult wordt bij voorkeur slechts één klacht of probleem besproken
  • het consult is een eerste consult uit een episode: geen vervolgconsult
  • de duur van het consult is niet langer dan 20 minuten
  • ook consulten van de pre toets kunnen ingeleverd worden
  • de beeld- en geluidskwaliteit van de ingediende consulten zijn goed: de aios en patiënt moeten beide met hun gezicht in beeld zijn en goed verstaanbaar.
  • ieder consult is compleet, vanaf de opening tot en met het afsluiten van het consult. Het lichamelijk onderzoek is niet op beeld maar wel qua geluid te volgen; de verstaanbaarheid in dat deel zal en mag te wensen overlaten.
  • de aios zorgt ervoor dat het totaal van de consulten voldoende beeld geeft van de beheersing van alle items van de MAAS 2.0. Daarbij moeten de relevante basisvaardigheden ook in elk consult afzonderlijk voldoende zichtbaar zijn.

De consulten zijn gevoerd in de Nederlandse taal. Bij uitzondering kunnen (zo min mogelijk) consulten in het Engels aangeleverd worden. De aios dient dat tevoren kenbaar te maken, zodat we een externe beoordelaar kunnen vinden die hiermee akkoord gaat.

In het Videoplatform staat op de uploadpagina, de BCT-procedure als volgt beschreven:

  1. Uploaden video's. Upload het vereiste aantal video's, deze video's voldoen aan bovengenoemde eisen.
  2. Naamgeving video's. Begin met BCT, ga door met het volgnummer, sluit af met het onderwerp. Bijvoorbeeld: "BCT1 Vermoeidheid"
  3. Toevoegen video's aan beoordeling. Voeg de correct naamgegeven video's toe ter beoordeling, dit doe je met de volgende stappen, nadat je bent ingelogd:
    1. Ga naar het tabblad "Beoordelingen".
    2. Ga naar "Opnames Beheren".
    3. Ga naar "Opname toevoegen aan deze beoordeling".
    4. Vink die opnames aan die je wil toevoegen aan je beoordeling en bevestig.

De consulten worden beoordeeld door externe beoordelaars. Zij geven per consult en over de hele reeks een beoordeling van de consultvoering: op, onder of boven het verwachte niveau in deze fase van de opleiding. De beoordelaars beoordelen de beheersing van alle vaardigheden beschreven in de MAAS 2.0 over het totaal van de consulten. Daarbij moeten ook in elk consult afzonderlijk de voor dat consult meest relevante vaardigheden voldoende zichtbaar zijn. Dit ter beoordeling van de beoordelaar. De beoordelaars geven op alle relevante items narratieve feedback.

De norm voor het verwachte niveau is het expertoordeel van de beoordelaar. Hij/zij baseert zich daarbij op de toelichting bij de items van de MAAS 2.0 zoals beschreven in de handleiding bij de MAAS 2.0. Dit is van belang omdat de aios moet weten langs welke meetlat hij/zij getoetst wordt.

De beoordelaars geven in elk geval feedback bij de volgende items: opening, hulpvragen, exploreren, empathie, samenvatten en structureren en op alle items waar de aios 'matig' of 'onvoldoende' op scoort.

De toets wordt uitgevoerd door externe beoordelaars; zij zijn gedragswetenschappelijk docent, huisartsdocent of huisartsopleider, maar niet de eigen docent of opleider van de betreffende aios. De beoordelaars zijn speciaal voor deze taak opgeleid en houden hun deskundigheid bij middels het regelmatig beoordelen van consulten en bijwonen van expertbijeenkomsten. De expertbijeenkomsten hebben tot doel zo veel mogelijk overeenstemming te verkrijgen over de beoordeling van de toepassing van vaardigheden door de aios, zowel m.b.t. de narratieve feedback als m.b.t. de norm en afkappunten (onder, op of boven verwacht niveau).

Ervaring en wetenschappelijk onderzoek leren dat deze expertbijeenkomsten kunnen bijdragen aan het verminderen van de interbeoordelaarsvariatie, met name waar het de afkappunten betreft. Ze leiden tot meer zelfkennis van de beoordelaar als beoordelaar, met name hoe ‘mild dan wel streng’ hij/zij is vergeleken met de anderen. Daarbij krijgt de beoordelaar inzichten die bruikbaar zijn bij het verwoorden van de feedback aan de aios. Dit alles laat onverlet dat de beoordeling de kenmerken houdt van het expertoordeel: goed onderbouwd, van hoge kwaliteit en subjectief.

Per aios zijn er twee beoordelaars: de eerste beoordelaar beoordeelt de ingeleverde consultvideo's en bij twijfel vraagt deze de tweede beoordelaar mee te kijken. Direct contact tussen aios en beoordelaar(s) maakt geen onderdeel uit van de procedure.

Afronding

De pdf met de uitslag van jouw BasisConsultvoeringsToets, en eventueel die van de herkansing, zet je zelf in jouw portfolio. Deze uitslag verdwijnt uit het videosysteem zodra je start met jouw 2e huisartsstage.

Geacteerd voorbeeldconsult

Overzicht van de consultvoeringstoetsen in de Huisartsopleiding

1e Huisartsstage 2e Huisartsstage
in de 4e maand voor de 8e maand in de 4e maand 5 maanden voor einde opleiding
Pre-toets Basisconsultvoeringstoets
BCT
Pre-toets Consultvoeringtoets
2e Huisartsstage