Ontwikkelplan
Leerlijn praktijkmanagement | |
---|---|
Auteur | |
Stage | |
KBA | |
Competenties | |
Leerplek |
Inhoud
Relevantie
Eén van de opdrachten tijdens de 2e huisartsstage is het schrijven en uitvoeren van een ontwikkelplan. Deze opdracht staat in het kader van praktijkmanagement én innovatie. De eerstelijns gezondheidszorg ontwikkelt en verandert snel, zowel binnen als buiten de huisartsenpraktijk. Met deze opdracht heb je de kans om je in deze ontwikkelingen te verdiepen en jouw visie te vormen. Ontwikkelen en innoveren vergt andere vaardigheden dan de medisch inhoudelijke. Afhankelijk van jouw eigen leerbehoefte kun je kiezen waaraan je wilt werken.
Doel
- Je hebt zicht op de ontwikkelingen in de huisartsenzorg; vormt zelf een visie op deze veranderingen. Op basis van deze visie komt je tot een keuze voor een ontwikkelplan.
Subdoelen
De subdoelen zijn afhankelijk van de keuze voor het ontwikkelplan:
- Je doet ervaring op in het procesmatig denken over en werken aan verandering.
- Je hebt basale kennis met betrekking tot verandermanagement, waarbij met name het enthousiasmeren van medewerkers en collega’s een belangrijke factor is.
Gebruiksaanwijzing
Je begint na 4-6 maanden van de 2e huisartsstage met je ontwikkelplan. De gemiddelde tijdsinvestering voor een ontwikkelplan is 20 uur. Tijdens het uitvoeren van je ontwikkelplan doe je kennis en ervaring op in één of meer van de volgende gebieden (ontwikkelen van vaardigheden):
- Visievorming: Wat is je visie op het huisartsenvak? Wat is je visie op de toekomst? Welke ontwikkelingen komen op ons af en welke ontwikkelingen zou je willen stimuleren? Wat is je visie op de praktijkvoering van je opleidingspraktijk en wat zou je willen verbeteren.
- Leiderschap: Heb je een visie op de praktijk, het huisartsenvak of een idee voor een noodzakelijke innovatie, dan zul je leiderschap moeten tonen om je omgeving mee te krijgen in de gewenste ontwikkeling. Wat voor leider ben je? Wat heb je nodig om een groep aan te sturen?
- Procesmatig werken: De gang tussen het hebben van een goed en innovatief idee, het hebben van een nuttig verbeterplan en de invoering van de plannen wordt vormgegeven in een proces. Het kunnen denken in processen is van essentieel belang voor het slagen van welk plan dan ook. In dit proces wordt de doelstelling nog eens tegen het licht gehouden (op welk probleem geeft dit verbeterplan of deze innovatie een oplossing?), worden plannen verder uitgewerkt, getoetst op haalbaarheid en eventueel getest. Medewerkers worden meegenomen en geënthousiasmeerd. Het plan wordt geïmplementeerd en uiteindelijk geëvalueerd.
Het is niet noodzakelijk, en zelfs onwaarschijnlijk, dat je in elk ontwikkelplan alle bovengenoemde onderdelen tot hun recht laat komen. Het is goed je te bezinnen op wat je eigen leerdoelen zijn en op basis daarvan, in overleg met je opleider, een keuze te maken.
Bekijk ter inspiratie de video Een staand consult: Wat vindt de patiënt daarvan?
Ontwikkelplannen kunnen verschillende richtingen uitgaan
Het ontwikkelplan moet aansluiten bij de aios en uitgaan van de situatie en mogelijkheden binnen de praktijk. Dat is dus bepalend bij het kiezen van de richting. Daarbij moet de opleider achter het plan staan. De rol van de opleider kan verschillen per gekozen richting. Ontwikkelplannen kunnen gericht zijn op:
a. innovatie (praktijk van de toekomst)
b. netwerk rond de praktijk
c. bestuurlijke kanten van innovatie
a. Ontwikkelplan gericht op innovatie van de praktijk
Wat is er aan het veranderen en wat betekent dat mogelijk voor het beroep van huisarts? Doel is te komen tot een kritisch onderzoekende houding waarmee je breder kijkt naar de eigen praktijk en mogelijke verbeteringen/ontwikkelingen ziet die daar doorgevoerd kunnen worden. Het ontwikkelplan is één van de manieren om met het vak van de toekomst bezig te zijn. Het ontwikkelplan wordt gezien als een tool je te verdiepen in zaken die overstijgend zijn aan medisch inhoudelijke zaken.
Aanpak
Keuze van onderwerp. De huisartspraktijk van de toekomst zal er flink anders uit gaan zien dan we gewend zijn. In onderstaande figuur is een globaal overzicht gegeven van de meest actuele en relevante ontwikkelingen in deze tijd. Je kiest een ontwikkeling die jou aanspreekt en/of waaraan in de opleidingspraktijk duidelijke behoefte is.
Figuur 1. Schets van innovatieve ontwikkelingen.
Innoveren is een creatieve en visionaire activiteit. Beperk de grootte van je onderwerp of sluit aan bij reeds ingang gezette innovaties. Realiseer je dat slechts 10 – 20% van de innovatieve ideeën de eindstreep haalt. Dit heeft niets met slagen/falen te maken, maar is inherent aan het proces van innoveren. Ook niet geslaagde innovaties leveren een belangrijke bijdrage aan de toekomst van het vak. In deze vorm van ontwikkelplan gaat het met name om visievorming.
b. Ontwikkelplan gericht op schil buiten de praktijk
De praktijk opereert niet op zichzelf maar werkt samen met een apotheek, fysiotherapeuten, wijkverpleging, etc. De praktijk zit in een netwerk van organisaties waartoe zij zich moet verhouden:
- dicht bij de praktijk zoals hagro, wijkteam of zorggroep.
- verder weg van de praktijk zoals academische netwerken, welzijnsorganisaties, regio-organisaties, behandelcentra (anderhalve lijn), LHV etc.
Deze opdracht biedt ook de kans om eens een kijkje te nemen buiten de praktijk of om te kijken hoe de samenwerking met andere zorgaanbieders en/of organisaties kan verbeteren. Dit kan in de vorm van een stage of je kiest een onderwerp dat buiten de praktijk uitgewerkt moet worden (denk aan betere samenwerking met thuiszorg, apotheek of gemeente, werken in de anderhalve lijn, vormgeven van scholing etc.).
c. Ontwikkelplan gericht op besturen
Met de toename van de complexiteit van de zorg, de wens om meer wijk en regionaal te ontwikkelen, wordt er meer gevraagd van de regievaardigheden van (een deel) van de huisartsen. De belangrijkste innovaties zullen vorm worden gegeven door landelijke en regionale huisartsorganisaties. Dit brengt ook bestuurlijk werk met zich mee. Het is van belang dat huisartsen zich bezighouden met de condities die het mogelijk maken het vak verder vorm te geven. Als je je wilt ontwikkelen op dit vlak dan kun je denken aan:
- Een jaar meedraaien met een HAGRO- of regionaal bestuur.
Hoe wordt in deze gremia omgegaan met het thema innovatie? Mogelijke inhoud: voorbereiden van de vergadering. Deelnemen aan de vergadering. Optie: eigen notitieschrijven over een innovatief onderwerp en dit presenteren.
- Het organiseren en/of voorzitten van een multidisciplinair overleg.
Het wijkgericht werken is sterk in ontwikkeling. Wat is de inbreng van de huisartsgeneeskunde? Mogelijke inhoud: Al na gelang de mogelijkheden kun je een jaar lang de multidisciplinaire overleggen op de praktijk voorbereiden en eventueel voorzitten.
- Bestuurlijk werk in commissies, werkgroepen, overleg huisarts-gemeente etc.
Uiteraard zijn genoemde voorbeelden afhankelijk van locale mogelijkheden en medewerking.
Het proces
Maak van een probleem een proces
Omdat bij het invoeren van elke verandering het denken in processen van belang is volgt hier een beschrijving van verschillende fases. Deze beschrijving, of delen ervan, kunnen behulpzaam zijn bij het opzetten en uitvoeren van je plan.
Fase 1 - Brainstorm
Naar aanleiding van eigen visie op de toekomst, eigen observaties, gesprekken in de praktijk met opleider en medewerkers of ideeën die jou aangereikt zijn op de terugkomdag, kom je tot op een mogelijk onderwerp voor het ontwikkelplan. Waar krijg je zelf energie van?
Fase 2 - Quickscan
De quickscan is bedoeld om de wenselijkheid, haalbaarheid en uitvoerbaarheid van een plan in korte tijd te onderzoeken. Gekeken kan worden naar de volgende aspecten:
- Waarom is het leuk hier energie in te steken?
- Op welk probleem moet het plan een oplossing geven?
- Wat is de relevantie van het onderwerp in het kader van praktijk van de toekomst?
- Inschatting aan motivatie medewerkers en mogelijke weerstanden (indien van toepassing).
- Haalbaarheid in omvang en tijd.
- Aansluiting bij reeds bestaand verbetertraject of betreft het een nieuwe innovatie?
Fase 3 - Op basis van de quickscan kies je voor het plan of verwerp je je plan
Kies je voor dit plan, ga dan verder met fase 4. Bij afwijzing van het verbeterplan begin je weer bij fase 1 en neem je een nieuw idee onder de loep.
Fase 4 - Het plan uitwerken en beschrijven
- Formuleren van de doelstelling
- Formuleren van concrete resultaten.
- Verdiepen van de analyse, reeds in gang gezet in de Quick scan.
- Bepalen van de reikwijdte van het plan. Beperken van de omvang tot behaalbare porties. Je kunt ook kiezen voor een deelproject uit een groter geheel.
- Communicatie, participatie en delegatie. Hoe licht ik de praktijkmedewerkers in? Op welke manier wil ik dat ze participeren en hoe bereik ik dat? Welke onderdelen van het project delegeer ik? Hoe ga ik om met weerstanden en tegenstrijdige belangen?
- Beschrijving van het implementatietraject.
- Beschrijving tijdspad en tijdsinvestering (ook van medewerkers). Is die tijd er?
- Bereken de kosten van het plan en beschrijf mogelijke financiële gevolgen (indien aanwezig) voor de praktijk.
- Deze fase eindigt met het bespreken en een akkoord van je docent en opleider. Gebruik ook de feedback van je andere collega’s op de terugkomdag.
Fase 5 - Voer het plan uit en meet/beschrijf de resultaten
Fase 6 - Vergelijk de resultaten met de doelstelling en pas zo nodig het plan aan
Beschrijf de resultaten. Komen ze overeen met de initieel geformuleerde te verwachten resultaten? Zo nee, waarom niet?
Let wel: bij innovatie is de uitkomst per definitie onzekerder en zijn de resultaten meestal anders dan verwacht. Het niet behalen van resultaten is dus ook een belangrijk resultaat!
Verslaglegging van het verbeterplan, proces en resultaten en presentatie op de terugkomdag.
Fase 7 - Vraag je af of de resultaten goed geborgd zijn
Figuur 2. Visualisatie proces ontwikkelplan, inclusief de Deming-Cirkel (Plan-Do-Check-Act).
Beoordeling
- Vooraf lever je een opzet in van het ontwikkelplan en een plan van aanpak bij je docent en opleider. Eventueel kun je dit ook presenteren op een terugkomdag. De feedback van je opleider, docent en wellicht mede-aios, verwerk je.
- Als je het ontwikkelplan hebt afgerond, lever je een schriftelijk verslag hierover in bij je opleider. Het geaccordeerde verslag stuur je naar je docent. Als je nog terugkomdagen hebt, kun je de realisatie van het ontwikkelplan presenteren op een terugkomdag.
- Beoordeling: de docent beoordeelt de opzet van het ontwikkelplan en het bijbehorende plan van aanpak. De opleider beoordeelt het ontwikkelplan zelf en de uitvoering ervan, op basis van een schriftelijk verslag.
- Hierbij de onderdelen die in het verslag moeten terugkomen: Verslaglegging ontwikkelplan.
De bouwstenen in de leerlijn praktijkmanagement
De leerlijnen
Categorie: De 10 huisartsgeneeskundige thema's
Kort | Spoed | Chron | Ouderen | Kind | Psych | ALK | Pall | Preventie | Praktijk |
Korte episode zorg |
Spoedeisende zorg |
Chronische zorg |
Complexe ouderenzorg |
Zorg voor het kind |
Psychische klachten |
ALK |
Palliatieve zorg |
Preventie |
Praktijkmanagement |
Categorie: Competentiegebieden
Medisch handelen | Comm |
Maatsch. handelen | Weten |
Profess |
Medisch handelen |
Communicatie |
Maatschappelijk handelen |
Wetenschap |
Professionaliteit |
Categorie: Overige aandachtsgebieden
Diversiteit | Seksuali |
Innovatie |
Diversiteit |
Seksualiteit |
Innovatie |